Nadia Van Lancker
Met het schrijven van ‘De spiegel van de ziel’ wilde Nadia Van Lancker de woelige onrust in zichzelf een plaats geven. Het schrijven van de tekst bleek echter niet voldoende. Ze creëerde daarnaast een heus ritueel waarbij ze een soort transformatie nastreefde. Dit ritueel werd nauw gezet op film vast gelegd.
Wil Nadia hiermee een poging doen de harmonie met haar grillige natuur te herstellen? Wil ze zichzelf een spiegel voorhouden die de donkere kanten van haar persoonlijkheid bevestigen? Een catharsis of zuivering waardoor het leven terug wat draagbaarder wordt? Of maakt ze hiermee slapende honden wakker? Woelt ze hiermee in de woelige put van herinneringen en trauma's en vist ze dingen op die bezonken hadden moeten blijven? Wie getuige is van Nadia's proces heeft het niet steeds makkelijk om deze bespeling van de grenzen van het welbevinden, nu te moeten toejuichen of juist op de rem hoort te staan?
Maar is het verstandig om wat daar binnen in ons kraakt en schreeuwt gevangen te willen houden? Zijn deze beesten te bewaken of zoeken ze sowieso hun uitweg? Met haar werk doet Nadia ons daar heel bewust over nadenken. Willen we deze confrontaties beleven of niet?
​
​
De spiegel van de ziel
De spiegel van de ziel.
Is ongerept, bloot en
Toch zo kwetsbaar.
Ze heeft ogen die licht uitstralen.
Die komen uit het diepste
van haar zelf. Net als een
weefster, weeft ze een web
waarin haar ziele leeft.
Ze heeft een zachte
maar stevige basis.
Maar haar lichaam vol webben. Waar ze
soms in verstikt.
Ze kijkt met haar ogen
in de spiegelende
blik die weerkaatst…
Blijkt het een ander gezicht te zijn.
Ze kijkt nogmaals en ziet dan
haar ogen stralen van wit licht.
Het is mysterieus en tegelijk duister.
Het is nacht en terwijl ze zoekt
tussen de webben vind ze maar niet
wat ze zoekt. Daar in de verte hoort
ze vogels en de wind die zachtjes waait.
Toch blijft ze onbeweeglijk.
Zo stil, maar toch veel zeggend.
Ze praat zachtjes tegen de vogels
En de wind die zachtjes waait.
In de verte komen er blikken op
haar gestalte af. Ze kijken vol verbazing.
Naar de spiegel die de vrouwe vasthoudt in haar hand.
Ze kijken ernaar, maar zien vele gezichten.
Het zijn illusies; dan komt de vrouwe
tevoorschijn, met een lach maar ze kijkt zo
indringend. Het is net of ze doorheen alles kan kijken.
Ze verdwijnt opnieuw. En zo is het gedurende
ellenlange minuten die maar een paar seconden
blijken te zijn. Net als water dat bevriest
is ook zij bevroren. Onbeweeglijk.
Maar toch veelzeggend.